Promotie dr. Habers maart 2015

Trainingsprogramma

Promotie dr. Habers maart 2015

Esther Habers promoveerde op 31 maart 2015 op het proefschrift: "Exercise in action for juvenile dermatomyositis: Steps towardsunderstanding" (vertaling: "JDM: Stappen naar een beter begrip").

Hieronder volgt in het kort de uitleg van de verschillende onderzoeken die in haar proefschrift worden besproken: 

Er wordt uitgelegd hoe een normale spier eruit ziet en wat er anders is in spieren van kinderen met JDM.
Het onderzoeksteam heeft met behulp van nabije infrarood spectroscopie
tijdens inspanning (fietsen) gekeken naar de bloedtoevoer in spieren van kinderen met
JDM en in spieren van gezonde kinderen. Op deze manier zouden ze een beter inzicht
krijgen in wat er anders is in de spieren van kinderen met JDM. Ze vonden dat kinderen
met JDM moeite hadden met het vergroten van het bloedvolume tijdens zware inspanning.
Er is ook een onderzoek uitgevoerd in samenwerking met Amerikaanse en Canadese
onderzoekers. Ze hebben gekeken welke factoren er aan het begin van
de ziekte gerelateerd zijn aan het ziekteverloop. Er werden wel 365 kinderen met
JDM geanalyseerd. Ze vonden dat bepaalde auto-antistoffen vaker voorkomen bij kinderen
die een chronisch ziekteverloop hebben. Naar deze auto-antistoffen wordt verder onderzoek
uitgevoerd.

Het volgende onderzoek dat werd gepresenteerd ging over monitoringsstrategieën. In samenwerking met
onderzoekers uit het UMC St. Radboud in Nijmegen is gekeken of spier-echografie een
bijdrage kan leveren in de monitoring van JDM. De bevindingen van het onderzoek gaven
de indicatie dat spier-echografie toegevoegde informatie levert over ziekte-activiteit,
spierschade en spierafnamen in de follow-up van patiënten met JDM. Er moet echter nog
meer onderzoek verricht worden voordat spier-echografie zal worden ingezet in de
klinische praktijk.

Als laatst wordt de trainingsstudie beschreven.
In totaal hebben 26 patiënten met JDM meegedaan aan het onderzoek.  Er is gekeken naar de haalbaarheid, veiligheid en effectiviteit van een fysiek trainingsprogramma. Het programma duurde 12 weken. De helft van de
kinderen werd eerst 12 weken gevolgd zonder dat ze meededen aan het trainingsprogramma
(de controle groep). Zo konden we goed bekijken of het trainingsprogramma wat toevoegt aan
de normale zorg.

Veel kinderen hebben het programma goed uit kunnen voeren. Verder was er geen
ziekenhuisopname of toename in medicatie nodig tijdens het programma. Er waren dus
geen aanwijzingen dat de training ziekteactiviteit uitlokt. De effectiviteit van het
programma kwam naar voren door de (significante) verbeteringen in fitheid,
spierfunctie en functionele vaardigheden.

Twaalf weken na afloop van het trainingsprogramma waren deze effecten nog steeds aanwezig. Daarom indiceren de resultaten van dit onderzoek dat fysieke training van toegevoegde waarde is in de
behandeling van patiënten met JDM.

‹ Terug naar het overzicht

Product toegevoegd aan mandje

Winkelmandje:

Subtotaal € 0,00
Totaal € 0,00